Invoering Wet opheffing verpandingsverboden

Sluit je als ondernemer overeenkomsten met andere ondernemingen? Dan staat er vaak een beding in dat verpanding en/of overdraagbaarheid van vorderingen tot betaling van een geldsom uitsluit: een verpandings- of overdraagbaarheidsverbod. In bepaalde gevallen komt dit verbod binnenkort te vervallen.

Services
verpandings- of overdraagbaarheidsverbod

Expert

Wat is een verpandings- of overdraagbaarheidsverbod?

Een verpandings- of overdraagbaarheidsverbod kan voordelig zijn voor zowel schuldeisers als schuldenaren. De schuldeiser zou namelijk zonder een verpandings- of overdraagbaarheidsbeding de vordering die hij heeft op de schuldenaar kunnen overdragen aan een andere partij. Dat is nadelig voor de schuldenaar, want die moet zijn schuld plots aan een andere partij terugbetalen, waarvan hij misschien niet eens weet wie het is en of deze partij betrouwbaar is. Een andere reden voor het opnemen van een verpandings- of overdraagbaarheidsverbod in een overeenkomst, is het benadrukken van de exclusieve relatie die de partijen met elkaar hebben.

De werking van een verpandings- of overdraagbaarheidsverbod

Een verpandings- of overdraagbaarheidsverbod kan verbintenisrechtelijke of goederenrechtelijke werking hebben. Is het verbod geformuleerd als: ‘de vordering mag niet worden overgedragen of verpand’? Dan heeft het beding verbintenisrechtelijke werking. In dat geval komt het pandrecht of de overdracht wél tot stand, maar pleegt de schuldeiser wanprestatie tegenover de contractuele wederpartij. Hieruit kan een schadevergoedingsplicht ontstaan, kan de overeenkomst worden ontbonden of kunnen er verplichtingen uit de overeenkomst worden opgeschort.

Is de niet-overdraagbaarheid echter geformuleerd als een eigenschap van de vordering zelf – bijvoorbeeld: ‘de vordering is niet overdraagbaar of verpandbaar’? Dan heeft het beding goederenrechtelijke werking. In dat geval kan de vordering juridisch niet worden overgedragen of verpand, ook niet aan derden. Er kan dan dus geen pandrecht worden gevestigd op de vordering.

De nieuwe Wet opheffing verpandingsverboden 

Per 1 juli 2025 treedt de Wet opheffing verpandingsverboden in werking. Deze wet bepaalt dat contractuele afspraken die de overdracht of verpanding van geldvorderingen uitsluiten, beperken of daaraan sancties verbinden, niet meer zijn toegestaan. Althans: voor  geldvorderingen die zijn verkregen in de uitoefening van een beroep of bedrijf en in B2B-verhoudingen. Het gaat dus niet om vorderingen voor de levering van goederen of diensten en ook niet om situaties waarin consumenten betrokken zijn.

De nieuwe wet geldt alleen voor goederenrechtelijke bedingen. Verbintenissenrechtelijke verboden blijven in stand, maar gelden niet ten aanzien van derden. Wil je meer weten over de consequenties van deze wet voor jou? Neem contact op met onze juristen ondernemingsrecht.

Wat gebeurt er met bestaande contracten?

Voor bestaande contracten geldt een overgangstermijn van drie maanden. Dat betekent dat vanaf 1 oktober 2025 ook bestaande bedingingen die overdracht of verpanding van geldvorderingen uitsluiten en die onder de wet vallen, nietig zijn. Voor nieuwe overeenkomsten die na 1 juli 2025 worden gesloten, geldt de wet direct.

Als een bestaande overeenkomst een goederenrechtelijk overdrachts- of verpandingsverbod bevat, dan is dat beding vanaf 1 oktober 2025 nietig. De geldvordering kan dan alsnog rechtsgeldig worden overgedragen of verpand. Om een overdracht of verpanding te effectueren, moet de schuldeiser de schuldenaar schriftelijk informeren, zodat hij weet aan wie hij moet betalen.

Uitzonderingen in de Wet opheffing verpandingsverboden 

De Wet opheffing verpandingsverboden kent een aantal uitzonderingen. Uitgezonderd zijn geldvorderingen:

  • op grond van een betaal- of spaarrekening;
  • op grond van een krediet- of geldleningsovereenkomst waarbij meerdere kredietgevers betrokken zijn (syndicaatfinanciering);
  • van of tegenover clearinginstellingen of centrale tegenpartijen;
  • die worden betaald op G-rekeningen (bijvoorbeeld in het kader van de Wet ketenaansprakelijkheid).

Tips voor ondernemers

De nieuwe wet is vooral bedoeld om het gebruik van vorderingen als zekerheid bij financiering te bevorderen. Verpandings- en overdrachtsverboden kunnen de toegang tot krediet beperken, doordat geldvorderingen niet kunnen worden gebruikt als onderpand. Door deze verboden buiten werking te stellen, kun je je vorderingen inzetten voor financiering, bijvoorbeeld bij het verstrekken van zekerheden aan banken. Na inwerkingtreding van de wet kun je dus eenvoudiger krediet aantrekken, wat jouw investeringsmogelijkheden vergroot.

  • Maak gebruik van de nieuwe wetgeving door te overwegen om geldvorderingen (waarbij dat toegelaten is) in te zetten als onderpand voor financiering.
  • Neem in nieuwe contracten geen goederenrechtelijke verpandingsverboden meer op.
  • Worden er nieuwe contracten opgesteld door een contractspartij? Controleer dan of er niet toch een verpandings-of overdraagbaarheidsverbod is opgenomen.
  • Controleer of in bestaande contracten verpandingsverboden zijn opgenomen die na 1 oktober 2025 niet meer toegelaten zijn. 

Meer weten?

aaff is graag overal van betekenis. Door kennis te delen, advies te geven en te zorgen voor inzicht. Wil je meer weten over de nieuwe Wet opheffing verpandingsverboden? Neem dan contact op met onze juristen.
 

Volg aaff op LinkedIn

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws via onze LinkedIn pagina

Aanmelden nieuwsbrief

Altijd op de hoogte van het laatste nieuws